Piet van Nugterens carrière begon in het begin van de jaren zestig. Hij studeerde bouwkunde aan de HTS, toen nog MTS geheten, in Amsterdam. Bouwkunde was in die tijd een algemene opleiding: er waren er op dit niveau nog geen specifieke studierichtingen zoals civiele bouwkunde en architectuur.
Zijn naam zal wel voor altijd verbonden blijven met het typische Zaanse woonbuurtje “De Domineestuin” in Zaandijk. Hij heeft tenslotte het merendeel van de huizen in die wijk ontworpen. Dit artikel schets echter de veel bredere interesse van deze Zaanse architect.
Piet noemt zichzelf een autodidact.
Door Simon Zuurbier, oktober 2005
Hij startte in 1963 bij de Afdeling Bouwwerken van de gemeente Amsterdam en werkte daar gedurende anderhalf jaar op de tekenkamer. Dank zij de bemiddeling van deze dienst kwam hij bij architect Jos van Leeuwen, die een aantal scholen in opdracht had en dringend verlegen zat om goede tekenaars. Een van zijn eerste projecten bestond uit een school, een kerk en een broederklooster aan de Pieter Calandlaan.
Twee jaar later solliciteerde hij als tekenaar bij het architectenbureau Van Starmans en Teeeken, eveneens in Amsterdam. De vader van Starmans was bisschoppelijk bouwinspecteur, vandaar dat er regelmatig kerken in opdracht waren. Henk Teeeken deed vooral het onderhoud, o.a. renovatie van scholen. Ook deze periode duurde ongeveer twee jaar.
|
Het door Piet van Nugteren opgemeten en ingetekende
Luthers Diaconiehuis
Nieuwe Keizersgracht 570
Techniek: gravure
Datering: 10-1770
Collectie: Tekeningen en prenten van
Gemeentearchief Amsterdam - Beeldbank
Vervaardiger: onbekend
|
Vervolgens kwam hij bij Onno Greiner, volgens Piet een echt architectenbureau, omdat de opdrachten uit alle windstreken van Nederland kwamen. Het bureau had veel klandizie: het ontwierp o.a. GAK-gebouwen, waaronder het GAK van Hilversum, theaters en culturele centra's zoals De Tamboer in Hoogeveen. Greiner associeerde later met Martien van het Goor, die o.a. de laatste fase van Carré voor zijn rekening nam.
In 1968/69 werkte hij korte tijd bij bureau Snieder en Duivendak. Dit bureau ontwierp met name scholen voor het voortgezet onderwijs. Snieder was daarnaast ook vormgever voor Rijkswaterstaat. Zo kreeg hij opdrachten om bruggen en viaducten te stileren. Een goed voorbeeld is De Wokkel aan het eind van de Zeeburgertunnel.
Toen er begin zeventiger jaren bezuinigd werd op goedkeuringen voor Rijksgebouwen, moest Piet van Nugteren naar iets anders omzien. Hij kwam in contact met Jaap Schipper, een Zaanse architect, die zijn bureau had aan de Vinkenstraat in Zaandam. Het was een oud, houten gebouwtje in Jugendstil. Schippers connectie met de Zaan wordt duidelijk, wanneer men weet dat hij hier geboren en getogen is. Zijn vader was gemeentearchitect van Zaandam.
Schipper vroeg of hij voor hem op het bouwbureau in Amsterdam wilde werken. Daar, op de bouwplaats zelf, in het Luthers Diaconiehuis (anno 1771, weet Piet zich te herinneren) werd om logistieke redenen in een deel van het souterrain het hele gebouw ingetekend, terwijl Schippers Amsterdamse bureau eigenlijk gevestigd was aan de Nieuwe Keizersgracht. Het Diaconiehuis, eveneens gelegen aan de Nieuwe Keizersgracht, voldeed niet meer aan de eisen van de tijd en was afgekeurd voor verpleging en verzorging.
Twee jaar later zat Schipper om mankracht verlegen voor een grote opdracht van de Dienst Bouw en Huisvesting voor uitbreiding van het universiteitscomplex van de Gemeentelijke Universiteit Amsterdam aan de Oude Turfmarkt, daar waar nu o.a. het Allard Pierson Museum gevestigd is. Het ging om de voorbereiding van de verbouwing van een vleugel ten behoeve van nierdialyse. De nieuwbouw op het Binnengasthuisterrein werd na vertrek van het Binnengasthuis toegekend aan de bekende architect en stedenbouwkundige Aldo van Eick; Schipper was immers vooral gespecialiseerd in renovatie en restauratie, niet zozeer in nieuwbouw. Het Amsterdamse architectenbureau werd enige tijd daarna opgeheven, terwijl het Zaanse, zij het sinds 1983 onder de naam Zijlstra-Schipper, bleef bestaan tot heden.
Piet van Nugteren werd vier jaar later chef de bureau bij Schipper. Het architectenbureau was toen gevestigd naast de Lutherse kerk aan de Vinkenstraat in Zaandam. Jaap Schipper, toen al de zestig gepasseerd, dacht erover om de zaak binnen afzienbare tijd over te doen aan een geschikte opvolger. Hij zocht contact met twee jonge architecten, Jan Zijlstra en Rogier Verbeek, die een klein bureau hadden aan de Notenlaan in een werkplaats van woningcorporatie ZVH.
Na lang wikken en wegen, -voor Jaap bleek het einde van zijn actieve loopbaan in toenemende mate een probleem-, en met name ook dank zij de voortvarendheid van zijn broer Piet, werd een ondernemersplan gemaakt en tenslotte een nette regeling getroffen voor de personeelsleden. Jan Zijlstra en zijn associé Rogier Verbeek zouden met in totaal 13 mensen doorgaan, onder wie Piet van Nugteren. Een van de grote klussen die Jaap Schipper in die tijd onderhanden had en binnenbracht was het voormalige marinecomplex “Landswerf” op het Westereiland bij Medemblik. Dit gebouw dat ooit de cadettenopleiding gehuisvest had, was in gebruik geweest als ziekenhuis en psychiatrische inrichting. Het had, herinnert Piet zich, achttien jaar leeggestaan en moest worden teruggebracht naar de oude verdiepingsmaat ten behoeve van wooneenheden. Dit project was Piet z'n start in het nieuwe samenwerkingsverband.
|
Sinds de jaren zeventig had Piet restauratiewerk gedaan, ook in het Zaanse. Via zijn collega Piet Verhoeven, die hem bij De Zaanse Schans geïntroduceerd had, was hij betrokken geweest bij de diverse projecten aldaar en de restauratie van de Bullenkerk aan de Westzijde in Zaandam. Piet schat dat de opdrachten van het architectenbureau Schipper voor 60% bestond uit restauratiewerk en 40% nieuwbouw.
Een algemeen verbreid misverstand is, dat Jaap Schipper voor zijn werk aan de Zaanse Schans gelauwerd is met de Prix de Rome. De Prix de Rome is geen ereprijs: het is een aanmoedigingsprijs voor jonge architecten die bestaat uit een stipendium voor een studiereis. Voor Schipper voerde de reis die hij maakte het eerste halfjaar naar Italië en via Sicilië naar Noord-Afrika en Spanje; in het tweede halfjaar maakte hij studie van de Zaanse houtbouw, wat resulteerde in een ontwerp van een Zaanse woonbuurt.
|
Het Doopsgezind Zorgcentrum “Het Mennistenerf” in Zaandam was een ontwerp van architect Jaap Schipper. Dit gebouw heeft Zijlstra Schipper geamoveerd om de huidige nieuwbouw te kunnen realiseren.
|
|
Het nieuwe Doopsgezind Zorgcentrum “Het Mennistenerf” ontworpen door Zijlstra Schipper.
|
|
Het Evean Nieuw Groenland zorgcentrum is ook een ontwerp van Zijlstra Schipper.
|
Jaap Schipper was aanvankelijk lid van de Stichting Zaanse Schans. Om opdrachten te verwerven stapte hij op verzoek uit die Stichting. Hoewel hij algemeen beschouwd wordt als de architect van de Zaanse Schans, was hij niet de enige. In Cornelis de Jong vond hij een architect van ongeveer dezelfde richting, tegelijkertijd iemand die het personeelsgebrek op zijn bureau oploste. Naast de Zaanse Schans waren er steeds andere, kleinere projecten, nieuwbouw en restauraties, o.a. in Amsterdam voor de Dienst Stadsherstel.
Piet herinnert zich de restauratie van de oude Admiraalswoning aan de Buiksloterdijk en de voorgenomen restauratie van het voormalige raadhuis. Helaas voor de opdrachtgever, de bekende schrijver Jan den Hartog, was het raadhuis al gesloopt voordat men met de restauratie kon beginnen. Dat bleek overigens nota bene op de dag dat Jan den Hartog zijn nieuwe aankoop zou bezichtigen! Van het pand restte slechts de hardstenen stoep. Het raadhuis is wel herbouwd, niet voor de schrijver, maar voor een nieuwe eigenaar, de familie van Aken.
We keren terug naar zijn periode bij Zijlstra-Verbeek-Schipper, waar Piet adjunct-directeur was. In het begin jaren tachtig was Jan Zijlstra nog niet afgestudeerd. Hij kreeg van Piet en Rogier het advies dat alsnog te doen. Zijn afstudeerproject was een multifunctioneel sportcomplex bij het Westerspoor in Zaandam. Van de vele projecten die het bureau onderhanden kreeg noemt hij Het Mennistenerf en Groenland bij de Kalver kerk. De doorlopende 'case' bestond inderdaad uit het ontwerpen van bejaardentehuizen, of zoals ze tegenwoordig heten, zorgcentra voor ouderen. Dat was de 'core-bussenis' van het bureau.
Niettemin was en bleef Piet bij uitstek de restauratie-architect.
Aanvankelijk waren ze allemaal aandeelhouder: Jaap, Piet, Jan en Rogier. Jaap bouwde zijn BV in vijf jaar af. Uiteindelijk waren Jan en Rogier alleen aandeelhouder. In 1997, na 27 jaar, waarvan ruim 13 jaar bij Jaap Schipper en 14 jaar bij Zijlstra-Verbeek, besloot Piet te vertrekken. Het werd gezien de matig gevulde orderportefeuille duidelijk, dat er iemand weg moest. Rogier leek in aanmerking te komen omdat hij naast zijn werkzaamheden op het bureau ook een studentenmentoraat had in Delft. Toen echter architect Kees van de Goes uit Hilversum contact met Piet zocht en hem een betrekking aanbood als bureaumanager, was het pleit snel beslist. Piet zette zijn handtekening. Architectenbureau van der Goes had naam had verworven door zijn ontwerpen voor grote winkelcentra, maar deed ook restauraties van o.a. Dudok-gebouwen. Rogier Verbeek vertrok alsnog, een jaar later. Hij is tegenwoordig werkzaam bij "NH Architecten" in Egmond.
Piet kijkt met genoegen terug naar zijn 25-jarig jubileum bij Zijlstra-Schipper, gevierd in de Zaanse Schans; zijn afscheidsreceptie was in het Raadhuis.
Met zijn kennis en ervaring nam Piet ook zijn contacten mee naar Hilversum. Als geen ander immers kende hij het restauratiewereldje van de Zaanstreek. Dat wereldje was klein: naast Han van Leeuwen en Jan Zijlstra waren er geen architectenbureaus die zich in restauratiewerk gespecialiseerd hadden. Hooijschuur-Baltussen was nog maar net begonnen.
Restauraties van industriële monumenten waren lange tijd, ondanks het ijveren van bijvoorbeeld de Vereniging tot Behoud van Monumenten van Bedrijf en Techniek Zaanstreek (MBTZ) niet of nauwelijks aan de orde. Het was dan ook niet verwonderlijk dat men voor restauraties bij Piet van Nugteren aanklopte, ook in zijn Hilversumse tijd. Hij noemt de restauratie van een pand in de buurtschap Haaldersbroek en zo'n 14 of 15 Zaanse woonhuizen.
|
|
|
De sloopvergunning was reeds afgegeven voor het pand aan de Lagedijk 214 in Zaandijk. Bij het wegbreken van het binnenwerk stuitte de eigenaar van het pand in 1994 op “vreemde” zaken. Deskundigen taxeerden het geboortejaar van het huisje tussen 1625 en 1635. Daardoor promoveerde het huisje tot het oudste pand in Zaandijk. De sloopplannen maakten plaats voor restauratieplannen.
Speurwerk in de archieven leerde dat er eind 17e eeuw een bakkerij in het pand was gevestigd.
Op aandringen van “Vrienden van het Zaanse Huis” en Frans Wytema van “de stichting Zaan en Dijk” besloot de eigenaar pogingen te ondernemen tot restauratie van het historisch belangwekkende pand. Dankzij de inzet van architect Jaap Schipper, geestelijke vader van de Zaanse Schans, kwam het pand uiteindelijk op de gemeentelijke monumentenlijst terecht. Architect Piet van Nugteren zorgde voor de tekeningen en in 1999 voerde bouwbedrijf Somass de restauratie uit.
Bron: Mooi Zaans
Uitgegeven door Somass Bouwbedrijf bv na 25 jaar Zaans vakwerk.
|
|
“Een kapitaal, hecht, sterk en uitmuntend gesitueerd zaad- en graanpakhuis, genaamd De Vrede”. Zo werd het pakhuis in 1848 omschreven tijdens een veiling.
Het pand stond aanvankelijk aan de Oostzijde te Zaandam, op korte afstand van de Zaan. Op 6 juni 1993 werd het in vervallen staat verkerende pakhuis overgebracht naar de Zaanse Schans.
Het houtskelet bestaat uit een vijftiental zware gebinten, een zogeheten vierbeuk. Deze gebinten verdelen het pakhuis in de breedte in vier vakken en in de lengte in zestien vakken.
Bij overdracht aan de stichting Zaanse Schans bevond het pand zich in een redelijke bouwkundige staat, het onderhoud liet veel te wensen over. Piet van Nugteren begeleidde de ingrijpende restauratie die door Bouwbedrijf Somass werd uitgevoerd. Het pakhuis deed sinds eind 1994 dienst als bezoekerscentrum van de Zaanse Schans.
Bron: Mooi Zaans
Uitgegeven door Somass Bouwbedrijf bv na 25 jaar Zaans vakwerk.
|
Piet van Nugteren is inmiddels gepensioneerd. Dat wil niet zeggen dat hij de weg naar de luie stoel heeft gevonden.! Hij maakt deel uit van diverse commissies en besturen. Enkele daarvan laten we de revue passeren.
|
Het beeldkwaliteitsplan door
Twan Jütte en Marjolein de Jong
Voor Stichting Zaan en Dijk 1999
|
|
Het aandachtsgebied van de Stichting Zaan en Dijk
|
- De “Adviesgroep documentatie en historie”, een subafdeling van de Stichting Zaans Erfgoed. Deze commissie adviseert de gemeenten Zaanstad en ook Wormerland bij de selectie van panden die volgens haar in aanmerkingvoor plaatsing op de monumentenlijst.
- Lid van de Monumentencommissie van de gemeente Zaanstad, eveneens een adviescommissie.
- Bestuurslid van de “Stichting Zaan en Dijk”. Deze Stichting heeft beschermd gebied afgebakend van De Waakzaamheid tot de Komar en van het Herenhuis tot de Bartelsluis en vervolgens terug naar De Zaanse Schans en Haaldersbroek.
De doelstelling was het voorbereiden van een cultuurhistorische verkenning uitgevoerd door de Rijksdienst Monumentenzorg. Willemijn Gribnau, stagiaire bij de Stichting op verzoek van de Gemeente Zaanstad, inventariseerde de bestemmingsplannen in dit gebied. De belangrijkste slotconclusie, tevens advies van het rapport (“Kwaliteit beschermen” - Een beschouwing van de mogelijkheden om kwaliteit te ontwikkelen en te beschermen) is dat het gebied de status krijgt van 'beschermd dorpsgezicht'. Dit onderzoek heeft vervolgens geleid tot het maken van een uitgebreid beeldkwaliteitsplan met de titel “Zaan en Dijk.” Het plan wordt gekenmerkt door zijn dynamische opzet: naast behoud van het open karakter van het unieke veenweidegebied geeft het ook ruimte aan gedifferentieerde bebouwing in een harmoniemodel met behoud van zichtlijnen op de Zaan; allerminst een studie met aanbevelingen die je als conservatief zou mogen bestempelen.
In de Welstandsnota van de Provincie Noord-Holland zijn deze plannen overgenomen. Wie de studie kent, begrijpt waarom de Stichting zich verzet tegen de bouw van een vijf verdiepingen hoog wooncomplex op het terrein van de voormalige fabriek “De Wijngaard” in Zaandijk door de Zaanse Ontwikkelingsmaatschappij. Piet heeft de indruk dat de gemeente Zaanstad in sommige gevallen de regie uit handen heeft gegeven en de markt, -lees: ontwikkelaars en aannemingsmaatschappijen-, op zich laat afkomen. Hij refereert daarbij aan de commotie rond de overlast op de Oostzijde in Zaandam door het zware vrachtverkeer van de BAM in verband met de sloop en de nieuwbouw op het terrein van Zwaardemaker. De restauratie van het ene rijksmonument, Zwaardemaker, had de beschadiging van een ander rijksmonument, Oostzijde 221 (ook bekend als het Huis aan het Grote Glop), tot gevolg kunnen hebben.
Een ander punt van discussie in de Stichting is het plan een zogenaamde “Verkadevleugel” toe te voegen aan het Zaans Museum. Het betreft hier de bedrijfscollectie van Verkade, die aanvankelijk ondergebracht zouden worden in het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen. Het gaat hierbij om een enorme collectie van memorabilia tot en met enkele complete productielijnen, die nu tijdelijk is ondergebracht in de vroegere zakkenhandel in `t Kalf. De “Stichting Behoud Erfgoed Verkade” besloot ondanks gedane toezeggingen en voorbereidingen door het Zuiderzeemuseum op het laatste moment toch met het Zaans Museum in zee te gaan. Hoewel de bouw van een Verkade-paviljoen niet strookt met de opvatting dat het veenweidegebied aan de overkant van de Zaan open dient te blijven, heeft de Stichting zich kunnen vinden in een aanbeveling het paviljoen op een afstand van ongeveer 15 meter van het Zaans Museum te bouwen. Dat was tevens het voorstel van de Afdeling Stedenbouw van de gemeente Zaanstad. Toch zijn velen van mening dat deze unieke collectie, misschien wel de grootste collectie industrieel erfgoed ter wereld, thuishoort in een van de schitterende gebouwen van het Verkade-concern.
- Bestuurslid van de “Stichting Raadhuis Zaandijk”. De exploitatie van het in 1993 gerestaureerde rijksmonument is ondergebracht in een BV. Voorwaarde bij de restauratie was dat het gebouw zijn publieke functie behield. Piet is o.a. verantwoordelijk voor het onderhoud van het pand.
- Bestuurslid van “Het Weefhuis” in Zaandijk. Het was oorspronkelijk een papierpakhuis, dat later geschikt gemaakt was voor bewoning. In de zestiger jaren werd het door de gemeente omgebouwd tot expositieruimte. Ook was hier de vereniging “De Zaansche Molen” gevestigd. Tegenwoordig worden er ieder weekend exposities gehouden. Het bestuur onderzoekt de mogelijkheden voor een restauratie van dit rijksmonument.
- Bestuurslid van de “Stichting Domineestuin”. In deze stichting voelt Piet zich mede verantwoordelijk voor het “Beeldkwaliteitsplan Domineestuin”. Historisch gezien is Domineestuin herbouwd in de stijl uit de periode laat 18e eeuw tot midden 19e eeuw. Het is voor Domineestuin en voor de bewoners een uitdaging om deze stijl en sfeer daarvan voor de toekomst te handhaven en te bewaren. Het beeldkwaliteitsplan is een goed stuk gereedschap om veranderingen aan panden en de omgeving op een concrete manier te kunnen
toetsen aan de stijl van Domineestuin
- Lid van de “Technische Advies Commissie” van de Zaansche Schans. In deze commissie adviseert hij bij reparaties en renovaties in dit monumentale buurtje.
|